Hieronder treft u een aantal begrippen aan uit de financiële sector. Dit document is een basisdocument. Heeft u aanvullingen of wijzigingen, dan hoor wij dat graag van u (info@vvenc.nl)
Aandeel
Vertegenwoordigt een gedeelte van het kapitaal van een onderneming. Aandelen op naam zijn opgenomen in het aandeelhoudersregister van de betreffende vennootschap. Aandelen aan toonder staan niet op naam en zijn vrij verhandelbaar. Aandelen die op de effectenbeurs worden verhandeld zijn aandelen aan toonder. Rendement van een aandeel wordt gevormd door dividend en koersrendement.
ABMB-BVBL
Association Belge des Membres de la Bourse, zusterorganisatie in België.
Adviseren
Volgens de Wft: het aanbevelen van een of meer specifieke financiële producten of financiële diensten aan een bepaalde cliënt.
AEX
De AEX is een index van Euronext Amsterdam. Deze gewogen index bestaat uit de 25 meest actieve aandelen in Nederland.
AFEI
Association Françaises des Entreprises d’Investissement, zusterorganisatie in Frankrijk.
AFM = Autoriteit Financiële Markten
AFM is gedragstoezichthouder op de financiële markten. Onder de Wft is AFM vergunningverlener voor beheerders, beleggingsondernemingen en financiële dienstverleners. De AFM oefent hierbij de bevoegdheden uit die door de wet worden toegekend aan de Minister van Financiën.
APC
Associação Portuguesa de Sociedades Corretoras e Financeiras de Corretagem, zusterorganisatie in Portugal.
APCIMS
The Association of Private Client Investment Managers and Stockbrokers, zusterorganisatie in Verenigd Koninkrijk.
ASE
Association of Members of the Athens Stock Exchange, zusterorganisatie in Griekenland.
Assosim
Associazione Italiana Intermediari Mobiliari, zusterorganisatie in Italië.
Baselse akkoorden
Het Basels Comité wordt gevormd door de bankentoezichthouders van de G10, de belangrijkste industrielanden. Het eerste akkoord werd gesloten in 1988. Het doel was om buffers aan te laten leggen ten behoeve van stabiliteit van de financiële sector. Basel II is het laatste kapitaalakkoord. Dit is uitgewerkt in CAD 3.
Beheerder
Volgens de Wft: een rechtspersoon die het beheer voert over een of meer beleggingsinstellingen.
Beheren van individuele vermogens
Volgens de Wft: elke werkzaamheid gericht op het op basis van een overeenkomst beheer voeren over financiële instrumenten die toebehoren aan een persoon dan wel over aan deze persoon toebehorende gelden en goederen ter belegging in financiële instrumenten, daaronder begrepen het verrichten of doen verrichten van transacties in financiële instrumenten voor rekening van de persoon met wie de overeenkomst is gesloten.
Beleggingsmaatschappij
Volgens de Wft: een rechtspersoon die gelden of andere goederen ter collectieve belegging vraagt of verkrijgt teneinde de deelnemers in de opbrengst van de beleggingen te doen delen.
Beleggingsfonds
Volgens de Wft: een niet in een beleggingsmaatschappij ondergebracht vermogen waarin ter collectieve belegging gevraagde of verkregen gelden of andere goederen zijn of worden opgenomen teneinde de deelnemers in de opbrengst van de beleggingen te doen delen.
Beleggingsinstelling
Volgens de Wft: beleggingsmaatschappij of beleggingsfonds.
Beleggingsonderneming
Volgens de Wft:
1º. een bemiddelaar in financiële instrumenten;
2º. een vermogensbeheerder.
Bemiddelaar
Volgens de Wft: een persoon die bemiddelt.
Bemiddelen
Volgens de Wft: alle werkzaamheden gericht op het als tussenpersoon, anders dan op grond van een overeenkomst inzake het beheren van een individueel vermogen, tot stand brengen van een overeenkomst inzake een financieel product of financiële dienst tussen een cliënt en een derde.
Bewaarder
Volgens de Wft: een persoon die is belast met de bewaring van de activa van de beleggingsinstelling.
Bijdragemodel van AFM
Effecteninstellingen vermelden in het Bijdragemodel van AFM of en in hoeverre zij voldoen aan de normen uit wet- en regelgeving.
Btb 2005 = Besluit toezicht beleggingsinstellingen
Dit besluit trad in werking op 1 september 2005 en het bevat bepalingen tot uitvoering van de Wet toezicht beleggingsinstellingen.
BWF
Bundesverband der Wertpapierfirmen an den deutschen Börsen e.V., zusterorganisatie in Duitsland.
CAD 3
Capital Adequacy Directive = Derde Richtlijn Kapitaaltoereikendheid
Banken én effecteninstellingen werden verplicht om een bepaald basiskapitaal aan te houden. Deze richtlijn is een uitwerking van Basel II.
Certificaat van aandelen
Dit waardepapier vertegenwoordigt het aandeel met recht op rendement, maar zonder stemrecht.
CESR = Committee of European Securities Regulators
Een onafhankelijke commissie die in juni 2001 is ingesteld. De taken zijn in grote lijnen:
– verbetering van coördinatie tussen effecten regelgevers;
– adviserende groep die de Europese Commissie bij staat bij voorbereiding van de EU kaderrichtlijnen op het gebied van effecten;
– een meer consistente en snellere implementatie van Europese regelgeving in nationale wetgevingen verzekeren.
Cliënt
Volgens de Wft: een niet in de uitoefening van zijn bedrijf of beroep handelende natuurlijke persoon aan wie een financiële onderneming een financiële dienst verleent of aan wie deze voornemens is een financiële dienst te verlenen.
Commissionair
Bedrijf dat handelt in effecten.
Corporate Governance – van de commissie Tabaksblat
Hiermee worden de verantwoordelijke partijen van een onderneming bedoeld.
Deelnemer
Volgens de Wft: een aandeelhouder in een beleggingsmaatschappij dan wel een deelgerechtigde in een ter collectieve belegging bijeengebracht vermogen.
Dividend
Rendement op aandelen.
DNB = De Nederlansche Bank
De Nederlandsche Bank heeft als missie de zorg voor financiële stabiliteit van het financiële stelsel en van de instellingen die van dat stelsel deel uitmaken. Onder de Wft wordt DNB prudentieel toezichthouder voor beleggingsondernemingen.
DSI
Het doel van DSI is het vertrouwen van de consument in de financiële dienstverlening te versterken. Zij organiseert de persoonsregistratie van professionals en de screening (DSI PES) van medewerkers op integriteitgevoelige functies. DSI-geregistreerden staan vermeld in een openbaar register op www.dsi.nl en onderschrijven de gedragscode. Ook organiseert DSI het beslechten van geschillen over beleggen tussen financiële ondernemingen onderling bij haar arbitragecommissie. Zij faciliteert bovendien de Tucht- en Geschillencommissie en de DSI/Kifid Commissie van Beroep.
Het werk van DSI is gericht op het bevorderen van de vakbekwaamheid en de integriteit van medewerkers. De geregistreerde professionals zijn actief in de handel, de bemiddeling, de advisering en het beheer van financiële diensten en producten of op het gebied van compliance. De onafhankelijke stichting DSI is in 1999 ontstaan op initiatief van NYSE Euronext Amsterdam en de brancheorganisaties binnen de financiële wereld in Nederland en wordt breed gesteund door deze partijen en de toezichthouder.
EAMA
De European Asset Management Association bevordert de gemeenschappelijke belangen van de erkende organisaties van het activabeheer.
EFAMA
De European Funds and Asset Management Association is de vertegenwoordigende organisatie van de Europese investeringsbeheerders.
Effect
Volgens de Wft:
1°. een aandeel of een met een aandeel gelijk te stellen waardebewijs dat verhandelbaar is;
2°. een obligatie of een ander schuldinstrument dat verhandelbaar is;
3°. elk ander verhandelbaar waardebewijs waarmee die waardebewijzen door uitoefening van de daaraan verbonden rechten of door omruiling kunnen worden verworven of dat in geld wordt afgewikkeld;
tot de effecten genoemd in 1° tot en met 3° worden niet gerekend:
– een recht van deelneming in een instelling van collectieve belegging;
– een waardebewijs dat uitsluitend het karakter van een betaalmiddel draagt; of
– een appartementsrecht.
EURONEXT
Een beursorganisatie in Europa, met gereglementeerde aandelen- en derivatenmarkten in Nederland, België, Frankrijk, en Portugal. Voor derivaten ook in het Verenigd Koninkrijk.
FECIF
De European Federation of Financial Advisers and Financial Intermediaries is opgericht in 1999 en is gevestigd in Brussel. De organisatie is opgericht om de financiële adviseurs en intermediairs in Europa te vertegenwoordigen.
FESE (=in het Frans: FEFSI)
De Federation of European Securities Exchanges is opgericht om de collectieve belangen te vertegenwoordigen van de Europese beurzen. De organisatie heeft tot doel om individueel en collectief efficiency en doeltreffendheid te verbeteren.
Financiële dienst
Volgens de Wft:
1º. aanbieden; 2º. bemiddelen; 3º. adviseren; 4º. beheren van individuele vermogens;
5º. optreden als gevolmachtigde agent of als ondergevolmachtigde agent;
6º. Herverzekeringsbemiddelen.
Financieel instrument
Volgens de Wft:
1°. een effect;
2°. een recht van deelneming in een beleggingsinstelling;
3°. een instrument dat gewoonlijk op de geldmarkt wordt verhandeld;
4°. een recht op overdracht op termijn van goederen, met inbegrip van een gelijkwaardig instrument dat gericht is op verrekening in geld;
5°. een rentetermijncontract;
6°.een renteswap, valutaswap of aandelenswap;
7°. een optie ter verwerving of vervreemding van een bovengenoemd instrument, met inbegrip van een gelijkwaardig instrument dat gericht is op verrekening in geld.
Financieel product
Volgens de Wft:
1º. een betaalrekening met inbegrip van de daaraan verbonden betaalfaciliteiten;
2º. een financieel instrument;
3º. elektronisch geld;
4º. krediet;
5º. een spaarrekening met inbegrip van de daaraan verbonden spaarfaciliteiten;
6º. een verzekering;
7º. een beleggingsobject;
8º. een bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen ander product; of
9º. een combinatie van twee of meer van de onder 1º tot en met 8º genoemde producten.
Financiële dienstverlener
Volgens de Wft: een persoon die een financiële dienst verleent en die geen beheerder, beleggingsonderneming, beleggingsinstelling, clearinginstelling, financiële instelling, kredietinstelling of verzekeraar is.
Gedragstoezicht
AFM houdt onder de Wft gedragstoezicht en richt zich op een ordelijk en transparant marktproces en zuivere verhoudingen tussen marktpartijen.
Hedgefund
Hedge funds zijn beleggingsfondsen, net als de ’traditionele’ en meer bekende aandelen- en obligatiefondsen die worden aangeboden door vrijwel iedere financiële instelling in Nederland. Een belangrijk verschil tussen deze traditionele fondsen en hedge funds is echter gelegen in de beleggingsdoelstelling. Traditionele beleggingsfondsen streven naar het ‘verslaan’ van een vooraf gedefinieerde benchmark, terwijl hedge funds een absolute rendementsdoelstelling hanteren. Traditionele fondsen en hedge funds verschillen verder in de instrumenten en technieken waar bij de invulling van het beleggingsbeleid gebruik van wordt gemaakt, in juridische structuren en in de mate van regulering. Deze verschillen zijn echter grotendeels terug te voeren op de onderscheidende doelstelling van beide typen fondsen.
IFRS-Verordening
De Verordening International Financial Reporting Standards (‘IFRS’) is in 2002 door de Europese Raad en het Europese Parlement vastgesteld. Veel beursgenoteerde ondernemingen moeten na 1 januari op basis van IFRS rapporteren.
IOSCO
International Organization of Securities Commissions, de mondiale organisatie van effectentoezichthouders.
Lamfalussy-benadering
Nederlandse vermogensbeheerders krijgen steeds meer te maken met Europese regelgeving.
Het comité van wijze mannen, onder leiding van baron Lamfalussy, presenteerde in 2001 de Lamfalussy-benadering (uitgebreid opgenomen op de website van CESR). Deze benadering omvat vier niveaus van besluitvorming:
– Niveau 1: De kaderregels
Dit zijn de richtlijnen en verordeningen van de Europese Commissie. Zij zijn onderwerp van politieke discussies in de Europese Raad en het Europees Parlement.
– Niveau 2: Uitvoeringsmaatregelen
De kaderregels worden ingevuld met technische details. Hier speelt CESR (the Committee of European Securities Regulators) een belangrijke rol.
– Niveau 3: Nationale wetgeving
De kaderregels en uitvoeringsmaatregelen worden overgezet in nationale wet- en regelgeving.
– Niveau 4: Handhaving
Dit betreft handhaving en bewaking van de gehele procedure.
Lidstaat van ontvangst
Volgens de Wft: de lidstaat, die niet de lidstaat van herkomst is van een beleggingsinstelling of van een beheerder, waar de rechtenvan deelneming in die beleggingsinstelling worden verhandeld.
Markt in financiële instrumenten
Volgens de Wft: een gereglementeerde markt, of een andere markt die aan regels is onderworpen en die bestemd is voor het bijeenbrengen van vraag en aanbod in financiële instrumenten.
Minister van Financiën
In de toezichtwetten staat: “Onze Minister: Onze Minister van Financiën”. Deze minister is officieel degene die de bevoegdheden krijgt krachtens de toezichtwetten. Voor wat betreft het gedragstoezicht zijn deze bevoegdheden overgedragen aan AFM.
NFMF
The Association of Norwegian Stockbroking Companies, zusterorganisatie in Noorwegen.
NRgb 2005 =Nadere Regeling gedragstoezicht beleggingsinstellingen
Deze regeling van de AFM is in werking getreden op 1 september 2005. De regeling bevat een inhoudelijke uitwerking van bepalingen van de Bte 1995.
Obligatie
Meestal een aan toonder gesteld bewijs van deelname in een geldlening van bijvoorbeeld de rijksoverheid (staatsobligatie) of een bedrijf. Het rendement bestaat uit rente en koersrendement.
Onderbemiddelaar
Volgens de Wft: een bemiddelaar die bemiddelt voor een andere bemiddelaar.
Optie
Een recht dat men op de beurs kan kopen of verkopen; een waardepapier (bijvoorbeeld een aandeel) gedurende een bepaalde periode voor een vooraf overeengekomen bedrag.
Overeenkomst op afstand
Volgens de Wft: elke overeenkomst inzake een financieel product of financiële dienst tussen een financiële onderneming en een cliënt die wordt gesloten in het kader van de door de financiële onderneming georganiseerd systeem voor verkoop of dienstverrichting op afstand, waarbij tot en met de totstandkoming van deze overeenkomst uitsluitend gebruik gemaakt wordt van een of meer technieken voor communicatie op afstand.
Professionele marktpartij
Volgens de Wft:
1°. een natuurlijk persoon of rechtspersoon die een vergunning heeft of anderszins voldoet aan wettelijke bepalingen om op de financiële markten actief te zijn;
2°. de Staat der Nederlanden, een tot de centrale overheid behorend buitenlands lichaam, de Nederlandsche Bank, een buitenlandse centrale bank, een openbaar lichaam als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet financiering decentrale overheden, dan wel een buitenlands decentraal overheidslichaam, een internationale verdragsorganisatie of een supranationale publiekrechtelijke instelling;
3° een onderneming die een waardering heeft van een door de toezichthouder aan te wijzen deskundige kredietbeoordelaar of die effecten uitgeeft die voorzien zijn van een waardering van een door de toezichthouder aan te wijzen deskundige kredietbeoordelaar; of
4°. bij algemene maatregel van bestuur als professionele marktpartij aan te wijzen andere personen.
Professionele belegger
Volgens de Wft:
1º. een persoon die een vergunning heeft of anderszins voldoet aan wettelijke vereisten om op de financiële markten actief te zijn;
2º. een onderneming die volgens de meest recente jaarrekening aan ten minste twee van de volgende criteria voldoet:
i. een balanstotaal van € 20.000.000 of meer;
ii. een netto-omzet van € 40.000.000 of meer; of
iii. een eigen vermogen van € 2.000.000 of meer;
3º. de Staat der Nederlanden, een tot een buitenlandse centrale overheid behorend lichaam, een buitenlandse centrale bank, een openbaar lichaam als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet financiering decentrale overheden, dan wel een daarmee vergelijkbaar buitenlands decentraal overheidslichaam, een internationale verdragsorganisatie of een supranationale publiekrechtelijke instelling;
4º. een persoon die behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen andere categorie van personen.
Prudentieel toezicht
DNB zal zich onder de Wft richten op de financiële soliditeit van financiële ondernemingen, waaronder beleggingsondernemingen.
Raad van de Effectenbranche (REB)
Raad van de Effectenbranche is een overkoepelende organisatie van de Vereniging van Vermogensbeheerders & Commissionairs en de Association of Proprietary Traders en vertegenwoordigt meer dan 100 zelfstandige beleggingsondernemingen in Nederland.
Reclame-uitingen
Volgens de Wft: iedere vorm van informatieverstrekking die dient ter aanprijzing van of een wervend karakter kent ter zake van een bepaalde financiële dienst of een bepaald financieel product.
Richtlijn beleggingsdiensten:
richtlijn nr. 93/22/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 10 mei 1993 betreffende het verrichten van diensten op het gebied van beleggingen in effecten (PbEG L 141).
Richtlijn beleggingsinstellingen:
richtlijn nr. 85/611/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 20 december 1985 tot coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende bepaalde instellingen voor collectieve belegging in effecten (icbe’s) (PbEG L 375).
Richtlijn betreffende Markten in Financiële Instrumenten (MiFID), Directive 2004/39/EC.
Voorheen werd gesproken over ISD2. MiFID is de opvolger van ISD (Investment Services Directive) en is bedoeld om de “Europese markt te openen”.
Omdat de structurele veranderingen in de financiële markten van de EU vereisen dat de wetgeving wordt aangepast, wordt ISD vervangen door MiFID. MiFID zal één paspoort voor investeringsfirma’s leveren. MiFID verbreedt de waaier van de investeringsdiensten en activiteiten waarvoor de vergunning in het kader van de bestaande ISD wordt vereist.
Richtlijn kapitaaltoereikendheid:
richtlijn nr. 93/6/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 15 maart 1993 inzake de kapitaaltoereikendheid van beleggingsondernemingen en kredietinstellingen (PbEG L 141).
Richtlijn prospectus:
richtlijn nr. 2003/71/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 4 november 2003 betreffende het prospectus dat gepubliceerd moet worden wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel worden toegelaten en tot wijziging van Richtlijn 2001/34/EG (PbEG L 345).
SSDA
Swedish Securities Dealers Association, zusterorganisatie in Zweden.
Uitgevende instelling
Volgens de Wft: een ieder die effecten uitgeeft of voornemens is effecten uit te geven.
Verbonden bemiddelaar
Volgens de Wft: de bemiddelaar bedoeld in artikel 3:2.6, zesde lid van de Wft.
Vermogensbeheerder
Volgens de Wft: een persoon die individuele vermogens beheert.
VUV
Verband unabhängiger Vermögensverwalter Deutschland, zusterorganisatie in Duitsland.
Wet Marktmisbruik
Naar verwachting is de Wet marktmisbruik vanaf oktober 2005 van kracht. De Wet van 23 juni 2005 is in het Staatblad gepubliceerd op 12 juli 2005. De wet bevat wijzigingen van de Wet toezicht effectenverkeer 1995, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van Strafvordering. De wet implementeert de Europese Richtlijnen betreffende marktmisbruik. De wet betreft onder meer het verbod van gebruik van voorwetenschap, het verbod van marktmanipulatie en regels over informatieverstrekking.
Aan het Openbaar Ministerie worden door deze wet verdergaande bevoegdheden gegeven ten aanzien van de opsporing van strafbare feiten. De scheiding van machten wordt daardoor beter gewaarborgd.
Wfd = Wet financiële dienstverlening
Deze wet wordt te zijner tijd opgenomen in de overkoepelende Wet op het financieel toezicht. Vooralsnog wordt de Wfd een zelfstandige wet die naar verwachting op 1 oktober 2005 in werking treedt. De Wet van 12 mei 2005 is in het Staatblad gepubliceerd op 5 juli 2005.
De Wet financiële dienstverlening (Wfd) dient om de verantwoordelijkheden van de financiële dienstverleners vast te leggen. De belangrijkste kwaliteitskenmerken van financiële dienstverlening, namelijk deskundigheid, betrouwbaarheid, adequate informatieverstrekking en zorgvuldige advisering van de consument worden wettelijk geborgd.
De Wfd geldt niet voor vermogensbeheerders. Het wetsvoorstel laat het effectenbedrijf, de vermogensbeheerders en de effectenbemiddelaars nog buiten beschouwing. De integratie van deze onderwerpen met die van het onderhavige wetsvoorstel zal plaatsvinden in het kader van de totstandkoming van de Wft.
Wft = Wet Financieel toezicht
Deze wet dient om consumenten te beschermen en de financiële markt te reguleren. Banken en effecteninstellingen (en verzekeraars) begeven zich steeds meer op elkaars terrein, met als gevolg dat de Wft deze sectoren nu overkoepelend gaat benaderen.
De Wft vervangt een aantal bestaande financiële toezichtwetten- en wetsvoorstellen, zoals de Wet toezicht beleggingsinstellingen, de Wet toezicht effectenverkeer 1995, het wetsvoorstel financiële dienstverlening, het wetsvoorstel tot aanpassing van de Wet toezicht beleggingsinstellingen, het wetsvoorstel melding zeggenschap en kapitaalbelang in ter beurze genoteerde vennootschappen (Wmz), de Wet marktmisbruik en de Richtlijn prospectus.
De Wft geldt onder meer voor vermogensbeheerders.
Wtb= Wet toezicht beleggingsinstellingen
De wet regelt vergunningverlening voor beleggingsinstellingen, zijnde een beleggingsmaatschappij of een beleggingsfonds. Deze wet heeft een herziene tekst per 1 september 2005.
Wte 1995 = Wet toezicht effectenverkeer 1995
Dit is nu (tot inwerkingtreding van de Wft) een belangrijke wet met betrekking tot het toezicht op onder meer effecteninstellingen. Artikel 7, eerste lid bepaalt: “Het is verboden zonder vergunning als effectenbemiddelaar of vermogensbeheerder in of vanuit Nederland diensten aan te bieden of te verrichten.” Voor deze vergunnningplicht is in de rest van de wet het kader neergezet. Tevens bevat deze wet onder meer bepalingen betreffende gebruik van voorwetenschap en publieksmisleiding.